SKM1
Naslag, cursusaanbod en nieuws
Er wordt een code naar je e-mailadres gestuurd. Om in te loggen vul je deze code in de volgende stap in.
Is jouw kantoor wel lid, maar heb je nog geen account? Klik hier om een account aan te vragen.
Er is een code naar je e-mailadres gestuurd. Om in te loggen, vul je deze hieronder in.
SRA heeft geen bezwaar tegen het toekennen van de aanwijsbevoegdheid van de NBA. Wel stellen we vraagtekens bij de reikwijdte van de maatregel: het geconstateerde probleem doet zich met name voor in de OOB-markt en bij gemeenten en onderwijsinstellingen. In het kader van proportionaliteit pleiten we voor beperking tot deze omgevingen.
Ook vragen we de minister de situatie te verduidelijken als de NBA niet tot aanwijzing kan komen. Welke alternatief heeft de betreffende onderneming dan? Daarnaast vindt SRA het van belang om de verantwoordelijkheid van elke partij in de financiële keten bij de oplossing van dit probleem beter te benadrukken. We bevelen aanvullend onderzoek aan, evenals additionele oplossingen die van een meer geïntegreerde ketenbenadering uitgaan.
Als laatste wijzen we de minister bij de bezwaar- en beroep-mogelijkheden, het ontbreken van opschortende werking en daaruit voortvloeiende rechtsonzekerheid, op de mogelijkheid dat een belanghebbende een verzoek om voorlopige voorziening kan vragen, op grond van artikel 8:81 Awb. Rechtszekerheid kan worden voorkomen door een procedure op te nemen in het wetsvoorstel.
SRA heeft geen bezwaar tegen het toekennen van de aanwijsbevoegdheid van de NBA. Wel stellen we vraagtekens bij de reikwijdte van de maatregel: het geconstateerde probleem doet zich met name voor in de OOB-markt en bij gemeenten en onderwijsinstellingen. In het kader van proportionaliteit pleiten we voor beperking tot deze omgevingen.
Ook vragen we de minister de situatie te verduidelijken als de NBA niet tot aanwijzing kan komen. Welke alternatief heeft de betreffende onderneming dan?
Daarnaast vindt SRA het van belang om de verantwoordelijkheid van elke partij in de financiële keten bij de oplossing van dit probleem beter te benadrukken. We bevelen aanvullend onderzoek aan, evenals additionele oplossingen die van een meer geïntegreerde ketenbenadering uitgaan.
Als laatste wijzen we de minister bij de bezwaar- en beroep-mogelijkheden, het ontbreken van opschortende werking en daaruit voortvloeiende rechtsonzekerheid, op de mogelijkheid dat een belanghebbende een verzoek om voorlopige voorziening kan vragen, op grond van artikel 8:81 Awb. Rechtszekerheid kan worden voorkomen door een procedure op te nemen in het wetsvoorstel.