Vastgoed in holdingstructuren, ontgaan of uitstellen van belastingheffing
In deze praktijkhandreiking wordt ingegaan op enkele specifieke aspecten voor de overdrachtsbelasting bij overdracht van vastgoed binnen een concern door middel van een juridische afsplitsing.
Er bestaan enige verschillen tussen de faciliteiten in de inkomsten en vennootschapsbelasting enerzijds en die in de overdrachtsbelasting anderzijds. Voor de eerstgenoemde heffingen kan een vrijstelling van toepassing zijn, terwijl dat voor de overdrachtsbelasting niet het geval is. Te gemakkelijk wordt uitgegaan van het denkkader zoals dat voor de inkomsten- en vennootschapsbelasting geldt, terwijl voor de overdrachtsbelasting toch enkele verschillen bestaan. Overigens lijkt in de jurisprudentie een tendens zichtbaar op grond waarvan de voorwaarden toch naar elkaar toe kruipen.
Update april 2025
Hoofdstuk 6 is aangepast. In de eerdere versie werd het Consultatiewetsvoorstel aanpassing splitsingsvrijstelling overdrachtsbelasting d.d. 8 april 2024 in dit hoofdstuk behandeld. Inmiddels is in het Eindejaarsbesluit 2024 de definitieve aanpassing van de splitsingsvrijstelling opgenomen. Het betreft een aanpassing van art. 5c Uitvoeringsbesluit BRV, die per 1 juli 2025 van kracht wordt.
NB: Voor een behandeling van de diverse reorganisatiefaciliteiten in zijn algemeenheid verwijzen wij naar de SRA-Praktijkhandreiking Holdingstructuur.
Inloggen
Om verder te kunnen lezen, zul je moeten inloggen.
InloggenHeb je nog geen inloggegevens? Kies hieronder wat voor jou van toepassing is.